A.
B.
C.
D.
E.
F.
G.
H.
I.
J.
K.
L.
M.
N.
O.
P.
Q.
R.
S.
S'.
T.
U.
V.
W.
X.
Y.
Z.
weerindelft
Met dank aan Meteo Julianadorp, waar een groot gedeelte van de tekst vandaan komt

Occlusiefront:

Wanneer het aan een lagedrukgebied verbonden koufront het warmtefront heeft ingehaald, spreekt men van een geoccludeerd front of occlusiefront.

Onderkoeld:

Onderkoelde waterdruppels zijn waterdruppels die nog in vloeibare toestand zijn terwijl de temperatuur ervan reeds beneden het vriespunt is. Wanneer het in contact komt met condensatiekernen gaat het ogenblikkelijk over naar de vaste aggregatietoestand.

 

Onstabiel:

Niet stabiel, labiel, veranderlijk. Meteorologisch: de 'toestandskromme' is zodanig dat een luchtdeeltje, dat naar boven of beneden verplaatst wordt, verder zal stijgen, resp. dalen.

 

Onstabiliteit:

Een luchtmassa waarvan de temperatuur snel daalt met de hoogte. De daling moet zo sterk zijn dat ze groter of gelijk is aan de temperatuurdaling die optreedt bij het stijgen van thermiekbellen. In droge lucht bedraagt de temperatuurdaling 1 °C per 100 meter

 

Onweer:

Is een elektrometeoor (= het gevolg van atmosferische elektriciteit). De combinatie van bliksem en donder.

 

Onweersdag:

Een onweersdag is een dag waarop minstens één donderslag is gehoord (weerlicht alleen is dus geen onweersdag).

 

Oostcirculatie:

Luchtcirculatie waarbij de wind over grote delen in Europa oostelijk is als gevolg van een hogedrukgebied boven Scandinavië of NW-Rusland. Dat kan koud winterweer of hete, droge zomers veroorzaken.

 

Opacus:

Donker, beschaduwd.

 

Orkaan:

Zuiver weerkundig genomen wijst dit op een windsnelheid groter dan 117 km/uur, ofwel windkracht 12 op de schaal van Beaufort. Veelal wordt de term orkaan gebruikt wanneer men een tropische cycloon of wervelstorm bedoelt. Een orkaan is de zwaarste storm die in ons land mogelijk is. Een orkaan levert bijzonder veel gevaar op en heeft een verwoestend karakter. Het KNMI zal in een dergelijk geval onmiddelijk weeralarm uitvaardigen.

 

Orografische regens:

Dit zijn stijgingsregens. Doordat vochtige lucht aan een bergflank wordt gedwongen om op te stijgen, gaat deze afkoelen. Wanneer het verzadigingspunt (dauwpunt) wordt bereikt, komt wolkenvorming op gang en kan het regenen.

 

Ozon:

Is een molecule dat bestaat uit drie atomen zuurstof (O3). De grootste concentraties ozon komen voor in de stratosfeer (de ozonlaag). Ze houden de voor de mens schadelijke UV-C straling van de zon tegen. Gekend zijn de gaten in de ozonlaag, vooral boven de antarctica, waar de concentraties heel laag zijn en zodoende de schadelijke UV-C zonnestraling doorlaten. Aantasting van de ozonlaag gebeurd onder meer door de CFK's (chloor-fluor-koolwaterstoffen).