De dampkring is alles wat ons beschermd tegen de straling van de zon en de mogelijk rampzalige effecten van meteorieten. Toch is de dampkring vergeleken met de diameter van de aarde maar heel dun. Als de aarde zo groot was als een speelgoedballon, zou de dampkring niet dikker zijn dan het rubber van deze ballon. Pas in deze eeuw werd ontdekt dat dit dunne schild is opgebouwd uit een aantal verschillende lagen. In de negentiende eeuw werd met behulp van heteluchtballonnen ontdekt dat de temperatuur geleidelijk afneemt met de hoogte. Eerst dachten de onderzoekers dat die daling zich zou voortzetten tot in de luchtledige ruimte. Onderzoek in 1899 door de Franse weerkundige Teisserence de Bont liet echter zien dat deze afname op een hoogte van ongeveer 10 kilometer stopt en dat daar een nieuwe laag begint. Uit later onderzoeken blijkt dat er boven het aardoppervlak vijf afzonderlijke lagen liggen. We weten nog niet precies hoe en waarom ze zijn ontstaan. De voor de meteorologie meest belangrijke laag is de troposfeer omdat zich daarin 99 procent van ons weer afspeelt. Maar alle lagen zijn van invloed op het klimaat.
De troposfeer strekt zich vanaf het aardoppervlak uit tot een hoogte van 8 à 16
kilometer. Deze grens hangt af van de hoeveelheid zonnestraling die de aarde bereikt.
Ze ligt het laagst boven de poolgebieden en het hoogst boven de evenaar. Gemiddeld
daalt de temperatuur 7° Celsius per kilometer. Het niveau waarop de temperatuurdaling
stopt, noemt men de tropopauze en hier kunnen temperaturen heersen van -
Boven de stratosfeer bevindt zich de mesosfeer. Hier neemt de temperatuur weer af
en deze keer tot ongeveer -
De straling van de zon -
De buitenste laag, de exosfeer, wordt gekenmerkt door de zeer grote ijlheid van de daarin aanwezige gassen. Er is ook een extreem lage druk op die gassen. De temperatuur bereikt hier waarden tot boven de 1600° Celsius.
Op de tekening zijn de verschillende lagen van de atmosfeer gedefinieerd met behulp van de temperatuur.